Theaterbrief van de hoorndrager

door | Performance

Toonaard in de voordracht: Ongeremd Furious. Satirisch Epistolaire Theatraal Proza. Deze tekst is puur fictief. De voorgelezen brief is ontsproten aan de verbeelding schrijver dezes in samenwerking met zijn alter ego Meneer K. Elke gelijkenis met bestaande personen is volkomen toevallig. Wie zich wel in de vertelling meent te herkennen, doet zichzelf tekort.

Tekst Proza Genre Grotesk In Epistolaire Stijl Performance Experimenteel

‘Verdomme jij teringtrut jij dweil jij smerige slettenbak jij verminkte geest jij stomme laffe fokschaap, kijk, hoe frappant lijk je op mijn deurmat, ik veeg mijn schoenen op jou af, je bent mijn vloeken en rochels niet waard, kreng, je hebt mijn portemonnee leeggeplunderd, hoeren waren minder duur geweest dan jij, nu dat je mij op zwart zaad hebt gebracht keer je mij de kont toe, je denkt toch niet, ijdele gans, dat ik je ga toejuichen, met je zwoerddikke wiebelkont, verachtelijk mens, koeienstront ben je, koude lucht komt uit je spleet, foetaal stuk worst, ik kak op jou, pis op jou, vies varken dat je bent.
Wat zeg ik, varken? Een varken is een engel vergeleken met jou. Jij wandelende schimmelmatras, met je altijd onzin ratelende stinkende bek, je bent om te kotsen, foutloze lijk, ga heen, ga uit mijn ogen, jij ellendeling, jij slijm, kankerverwekkende stof ben je, rotte vis waar de honden geen brood van lusten, jij serpent jij weerzinwekkende overspelige teef.
En die nieuwe vriend van jou, hij zal wel een monnik zijn in de orde van de heilige Franciscus van Assisi, zo’n drol. Ik spuug op dat katholieke lulletje van jou, dat nergens op gefundeerde uitwerpsel dat mijn plaats inneemt. En jij, jij bent nu gelukkig met hem zeg je. Laat mij een summiere bespiegeling doen over jullie toekomst: de dood zullen jullie vinden, de hel wacht en roept, jij vervloekte teringwijf met dat arrogante slappe eitje, dat atoompacifistventje! Waarschijnlijk is een angsthaas nog een held vergeleken met hem. Dat het noodlot niet moge treuzelen om jou, adder op mijn borst gekoesterd, in jouw gemene overspel je verdiende loon te geven, jij valse viswijf.
Moge een vlijmscherpe bijl met de kracht van een bliksemschicht jouw raken boven op die inhoudsloze hersens van je en jou tot in je kut uiteen splijten. Dit gezegd hebbende sluit ik deze brief af. Jouw nieuwe leven hartgrondig vervloekend, met welgemeende haat, je ex.’

 

Brief van een Hoorndrager, (bedrogen echtgenoot, in weerwil lid geworden van de Club der Hoorndragers) is voorgelezen tijdens performance in het Poolse dorp Jamna. Camera gehanteerd door Magdalena Jesionek.

NADRUK OP FICTIE en de kunst van schelden

Deze brief, in schijn (zoals het lijkt) geschreven in de frame van negatieve gevoelens zoals wanhoop en woede, maar is in werkelijkheid in feite met emotieloze afstandelijkheid geschreven, vrijelijk experimenterend in de bijzondere kunst van het vervloeken, tieren en schelden, is komisch bedoeld, is ontsproten aan de satirische verbeelding van schrijver dezes, uw aller dienstwillige Jan Hontscharenko, die zich doorgaans zelf in heel andere subtiele bewoordingen uitdrukt dan de hoofdpersoon (bedrogen echtgenoot meestal slachtoffer van overspel) van deze fictie. Hoofdpersoon de ikverteller gaat  systematisch cliche’s vermijdend nogal tekeer, kiest woorden als slettenbak, mooi Nederlands, hij mist edoch een wel heel leuk scheldwoord voor zijn ex-vriendin: pisbak.

Needless to say: elke gelijkenis met bestaande personen, mocht die zich op groteske wijze voordoen, is puur toevallig.